Plagiocephalie

Ongeveer 20% van alle baby’s ontwikkelt in de eerste 7 weken na de geboorte een voorkeurshouding. Dit houdt in dat er een duidelijke voorkeur is voor één kant en het hoofdje (bijna) niet spontaan de andere kant op wordt gedraaid. De schedel van een baby is nog niet volgroeid en daardoor vervormbaar. Bij een voorkeurshouding heeft dit als gevolg dat er een afplatting van het hoofdje kan ontstaan: dit heet plagiocephalie.

Het is dan belangrijk een baby (onder toezicht) vaker van houding te laten wisselen, met name in de eerste paar maanden: hier ontstaat het grootste risico op een voorkeurshouding.

Mocht er een voorkeurshouding ontwikkelen, kan een kinderfysiotherapeut hulp bieden. De therapie zal zich richten op het stimuleren van de ontwikkeling richting de niet-voorkeurskant en het informeren en adviseren van de ouders.

Ontwikkelt de voorkeurshouding zich tot plagiocephalie? Dan is Agatha onze expert, door haar specialisme in plagiocephalometrie.
Plagiocephalometrie is een recent ontwikkelde, betrouwbare meetmethode om de vorm van een (scheve) schedel eenvoudig vast te kunnen stellen. Door deze snelle en pijnloze methode kan de mate van asymmetrie (scheefstand) van de schedel van uw baby vastgesteld worden en kan er worden gekeken of verdere (kinderfysiotherapeutische) behandeling noodzakelijk is.

Type uw zoekwoorden hierboven en druk op Enter om te zoeken. Druk ESC om te annuleren.

Terug naar boven